Ondanks de onheilspellende evolutie van het klimaat heeft het lang geduurd eer de Belgische podiumkunsten ecologie op de agenda zetten. De transitie naar een duurzame en rechtvaardige samenleving kreeg tien jaar geleden slechts met moeite evenveel urgentie toebedeeld als sociale problematieken. Vandaag is het tij gekeerd: zowel op scène als achter de schermen duikt de ecologische kwestie steeds meer op. 

Grote decors, veel spots en een giga-beamer in een zaal met verluchtings- en verwarmingssystemen: het energieverbruik van een voorstelling valt niet te onderschatten. Ook mobiliteit is onlosmakelijk verbonden met de identiteit podiumkunsten, zowel voor makers als voor publiek. Veel kunstenaars en cultuurwerkers werken op de koop toe projectmatig, wat langetermijndenken moeilijk maakt. Door te krappe budgetten komt de goedkoopste oplossing gemakkelijk boven de duurzaamste te staan.

Al deze factoren doen de podiumkunsten niet bepaald milieuvriendelijk kleuren. Toch zijn podiumkunstenaars steeds minder blind voor de klimatologische impact van hun praktijk en stellen ze hun relatie met hun omgeving in vraag. De noodzaak om niet alleen ad hoc eco-efficiënte maatregelen te nemen, maar ook op lange termijn het systeem te transformeren naar een duurzame en rechtvaardige variant, vindt steeds meer gehoor. Op uiteenlopende manieren gaan ze hiermee aan de slag: van CO2-neutrale voorstellingen tot uitdagende manifesten

Van conferentie tot artistieke voedingsbodem

In november 2008 organiseerden Kaaitheater en het voormalige VTi hun eerste klimaatconferentie. Ondanks de alarmerende resultaten van het Europese Intergovernmental Panel on Climate Change (IPCC) dat jaar, stelden de podiumkunsten in België zich tot dan niet veel vragen gesteld over de impact van hun eigen praktijk. “De opkomst bij deze eerste klimaatconferentie was verrassend genoeg aanzienlijk”, herinnert Kaaitheater-directeur Guy Gypens zich, “maar inhoudelijk draaide het vooral rond een eco-efficiënte benadering: hoe kunnen we wat we doen op een meer ecologische manier te doen?” De invloed op het artistieke vraagt meer tijd, maar behandelt ook een andere vraag: op welke manier kan kunst een rol spelen in de duurzaamheidstransitie? Niet enkel eco-efficiëntie, maar ook een echte transitie in mentaliteit en visie komt op de kaart te staan. “De ecologische kwestie werd geleidelijk dé systeemkwestie bij uitstek van de 21ste eeuw”, legt Gypens uit. “Ecologie verliet haar niche en haar enorme complexiteit begon bij velen door te dringen. Het feit dat we de controle dreigden te verliezen over hoe onze omgeving verandert, maakte plaats voor een nieuw filosofisch terrein.” Die filosofische en theoretische werken rond de verhouding van de mens en haar omgeving en hoe om te gaan met gepasseerde tipping points?, vormen vandaag een boeiende voedingsbodem voor artistieke werken.

Kijken naar een wake-up call

Steeds meer verschijnt het klimaat als thema in een klassieke zaalvoorstelling. Opvallend is dat de ecologische kwestie vaak breder wordt genomen dan enkel het klimatologische en ook andere domeinen beïnvloedt. Enkele recente voorbeelden: Mining Stories (2016) van Silke Huysmans en Hannes Dereere toont enerzijds hoe machtslust en winstbejag de Zuid-Amerikaanse mijnbonzen voor de goedkoopste kortetermijnoplossingen doet kiezen, met desastreuze gevolgen voor de natuur en de plaatselijke bevolking. Deze problematiek vervlechten ze met de systemen van herinnering en narrativiteit en hoe dit invloed heeft op de realiteitsperceptie en het toekomstdenken. Ook Sarah Vanhee neemt afval onder de loep, maar gaat in Oblivion (2015) de confrontatie op een persoonlijke manier aan. Gedurende twee en een half uur stalt ze al het afval uit dat ze een jaar lang van zichzelf verzamelde – een hoeveelheid om stil van te worden. 

Oblivion, Sarah Vanhee

Oblivion, Sarah Vanhee © Phile Deprez

Al doende wakker worden

Sommige kunstenaars stappen echter uit het klassieke presentatiemodel: het publiek is aan zet en moet zich openlijk positioneren tegenover de voorgeschotelde problematieken. Ook hier krijgt ecologie niet enkel een puur praktische en eco-efficiënte invulling: de kunstenaar schuift het publiek verantwoordelijkheid in de schoenen en nodigt hen uit mee uit te zoeken hoe een samenleving in al zijn geledingen kan verschuiven naar een nieuw model. In Tonight Lights Out (2011/2013) test David Weber-Krebs het democratische vermogen en de eensgezindheid van een groep. Hij stelt zijn publiek voor om samen het licht uit te doen. Naar analogie met Earth Hour waarin jaarlijks iedereen wereldwijd even het licht uitdoet, krijgt elke toeschouwer een schakelaar. Die is verbonden aan een gloeilamp. Frustrerend moeilijk blijkt het om gezamenlijk het licht uit te doen – hoe urgent we de ecologische gevolgen van energieverspilling ook inschatten.

Tonight Lights Out, David Weber-Krebs

Tonight Lights Out, David Weber-Krebs © Kasia Chmura

Ook in Kate McIntoshWorktable (2011) krijgt de toeschouwer verantwoordelijkheid over zijn handelingen. McIntosh laat hem stilstaan bij de consequentie van onze huidige materiële samenleving, door weggooien en vergeten simpelweg onmogelijk te maken. Je mag als deelnemer eerst een voorwerp volledig demonteren, maar moet vervolgens een ander object weer in elkaar steken. Zo eenvoudig het kapotmaken is, zo ingewikkeld kan het herstellen zijn. Vooral als je niets mag achterlaten. 

Worktable, Kate McIntosh

Worktable, Kate McIntosh

Recyclage en CO2-neutraal

Net zoals je duurzaamheid kan aankaarten, kan je als maker ook ecologisch te werk gaan. Gezelschappen als het Nederlandse Maatschappij Discordia staan erom bekend hun decorstukken te hergebruiken. Het Nederlandse gezelschap Schwalbe is bewust bezig met zijn ecologische voetafdruk: Schwalbe speelt op eigen kracht (2010) is een CO2-neutrale voorstelling, waarin de spelers zelf de energie voor het theaterlicht opwekken vanop fitnesstoestellen. De toestellen zijn tweedehands, de flyers zijn handmatig gestempeld op oud papier en de verwarming staat tijdens de voorstelling uit.

Op eigen kracht, Schwalbe © Stephan van Hesteren

Op eigen kracht, Schwalbe © Stephan van Hesteren

Comp. Marius pakt het nog consequenter aan: het gezelschap besloot bijna tien jaar geleden om in openlucht, vooral met daglicht en zonder versterking of te veel technische snufjes te spelen. De voorstellingen vinden plaats op tribunes gemaakt van zowel gerecupereerde stukken als van inlands, onbehandeld hout. Hun tournees bestaan liefst uit langere speelreeksen per locatie. Het geserveerde eten of drinken is lokaal en hun kostuums zijn gemaakt van gerecupereerde stoffen. Hun uitvalsbasis is een constructie van geïsoleerde containers met grote ramen in het Middelheimmuseum te Antwerpen. 

Marius, Fanny and César, Comp. Marius © Vincent Goedemé

Marius, Fanny and César, Comp. Marius © Vincent Goedemé

Handvest voor achter de schermen

Een paar duurzame voorstellingen maken de hele podiumsector nog niet ecologisch. Toch dagen sommige kunstenaars het veld uit om niet alleen achter een duurzaam discours te staan, maar dit ook werkelijk in de praktijk om te zetten. In 2010 riep Benjamin Verdonck met zijn State of the Union op het Theaterfestival het kunstenveld op de nood aan een duurzame transitie serieus te nemen. Hij hield de sector een spiegel voor: “Ik moet u niet vertellen wat een impact het zou hebben mocht de podiumkunstensector zich unaniem – al was het maar voor een jaar, achter deze eenvoudige voorstellen scharen.” Verdonck voegde de daad bij het woord en schreef wat later een manifest voor de creatie van een nieuw kunstwerk. Met zijn Handvest voor een actieve medewerking van de podiumkunsten aan een transitie naar rechtvaardige duurzaamheid nodigde hij alle structureel gesteunde podiumorganisaties en -kunstenaars uit mee dit werk te realiseren: geen tekst of voorstelling, maar een durational piece waarin de sector een half theaterseizoen lang op een zo ecologisch mogelijke manier zou functioneren. Het aantal deelnemers dat Verdoncks uitdaging wou aangaan was echter te laag en het kunstwerk werd nooit uitgevoerd. Af en toe duiken er wel andere initiatieven op: Michiel Vandevelde bijvoorbeeld presenteerde op het laatste Theaterfestival ook een Handvest voor de podiumkunstenaar, al gaat het hier niet over een ecologische aanpak maar over het verstevigen van een sociaal duurzame kunstwereld.

Handvest voor een transitie naar rechtvaardige duurzaamheid, Benjamin Verdonck

Handvest voor een transitie naar rechtvaardige duurzaamheid, Benjamin Verdonck

Op de goede weg

Vorig seizoen presenteerde het Kaaitheater de laatste editie van het Burning Ice Festival. Het festival ging na hoe kunstenaars zich op een zinvolle manier kunnen verhouden tot de sociaalecologische crisis. Dat Burning Ice haar laatste editie er heeft opzitten, is niet omdat de ecologische problemen van de baan zijn, maar omdat de thema’s volgens Guy Gypens nu automatisch aan bod komen in de Kaaitheater-programmatie: “De transitie naar een duurzame samenleving gebeurt effectief: de kennis van zaken stijgt en het aantal mensen dat op een ecologische manier bewust is van hun handelingen, is veel hoger dan tien jaar geleden. Vooral bij de jongere generatie merk je dat sterk. Dat houdt echter niet weg dat er nog veel obstakels te overwinnen vallen.” Een doorgedreven duurzame praktijk zoals Benjamin Verdonck voorstelde, blijft voorlopig toekomstmuziek. Het leverde wel tools op zoals Jonge sla – naar een duurzame kunstenpraktijk, om de hele podiumsector door een duurzame transitie te gidsen. Want uiteindelijk zullen we Weber-Krebs’ Tonight Lights Out! volledig moeten uitspelen en doorzetten tot het echt donker wordt.