Van “Zit je nu weeral spelletjes te spelen?” tot “Ik snap niet dat je daar je kostbare tijd aan kan verdoen.” Gamers krijgen al te vaak het verwijt dat hun geliefkoosde hobby pure tijdverspilling is. Als we researcher en game designer Jane McGonigal mogen geloven, hebben die criticasters ongelijk. Sterker zelfs: McGonigal is er heilig van overtuigd dat games en gamers een enorme meerwaarde voor de wereld kunnen zijn. Voorafgaand aan haar passage op SuperNova, het technologiefestival dat eind september in Antwerpen plaatsvindt, spraken we haar over haar ideeën en toekomstvisie.

Jane McGonigal

Jane McGonigal

McGonigal ondervond de helende kracht van games aan den lijve toen ze in 2009 een zware hersenschudding opliep, die maar niet wilde genezen. Om deze reële hindernis te overwinnen, ontwierp ze het spel Jane the Concussion Slayer. Dat concept evolueerde later in Superbetter, een zelfhulpapp gebaseerd op hetzelfde idee dat gametechnieken kunnen worden gebruikt om serieuze problemen in de echte wereld het hoofd te bieden.

Wil je op de hoogte gehouden worden van nieuwe artikels in dit magazine? Schrijf je in op onze nieuwsbrief!

Kwam dat besef als donderslag bij heldere hemel?

Ik bestudeer het fenomeen sinds 2001, maar de initiële openbaring kwam voor mij op 11 september 2001, wanneer de online game community waar ik deel van uitmaakte, alles in het werk stelde om op hun manier te helpen. Ik merkte een gigantisch contrast met de verslagenheid en shock van hulpeloze Amerikanen in de echte wereld. In de nasleep van de aanslagen brainstormde diezelfde online community over hoe ze konden blijven helpen. Kunnen we vermiste mensen opsporen? Kunnen we samenwerken met wetenschappers om data te analyseren? Dat was het vertrekpunt voor de onderzoeksvraag van mijn doctoraat: is het mogelijk dat gamers specifieke vaardigheden hebben die zich lenen voor het oplossen van grootschalige problemen? Die hypothese zien we ondertussen herhaaldelijk gevalideerd.

Vanwaar komt die ondernemendheid?

Onderzoek leert dat er verschillende factoren zijn. Gamers zijn vaak heel open minded, zijn bereid om advies te vragen en kunnen zich flexibel opstellen.

Het besef dat een probleem niet direct kan worden opgelost en dat de werkwijze herhaaldelijk moet aangepast worden, is heel handig bij het aanpakken van grootschalige problemen.

Gamers kunnen daar dan ook nog eens op heel erg natuurlijke manier met elkaar over communiceren. Ze zetten een wiki op of delen een YouTube-video met hun bevindingen. Bij release gaf Pokémon Go spelers weinig info over hoe alles werkte. Iedereen moest de koppen samen steken om uit te vogelen welke types waar verschenen en voor hoelang of hoe je makkelijker een zeldzaam exemplaar kon vangen. In amper drie dagen was alle info voor elke nieuwe speler makkelijk terug te vinden. Het is een prima voorbeeld van hoe online game communities sneller en meer efficiënt problemen kunnen oplossen dan andere gemeenschappen.

Verslaving, misogynie, lastercampagnes: sommige online game communities hebben ook hun donkere kant. Hoe dragen die toe aan een betere wereld?

Net als elke superkracht kan je deze vaardigheden gebruiken voor zowel goede als minder goede doelen. Wat betreft verslaving: mensen die games puur gebruiken om aan hun echte leven te ontsnappen, hebben de neiging om meer te spelen naarmate er meer uitdagingen op hun pad komen. Dit resulteert vaak in nog meer problemen waardoor ze in een neerwaartse spiraal terechtkomen.

Gamers die een link zien tussen wat ze in een game doen en de realiteit hebben het meeste kans om hun vaardigheden op een positieve manier te gebruiken.

De belangrijkste indicator hierbij is helder kunnen formuleren waar je beter in wordt wanneer je speelt. Op die manier identificeert de speler zich sneller met die sterktes. Niet alleen binnen de context van het spel, maar eveneens in de echte wereld.

Werkt dit ook wanneer je naar een stream kijkt van iemand die een game speelt?

Wanneer je naar iemand kijkt die een spel speelt dat je ook zelf speelt — en onderzoek wijst uit dat dit meestal zo is ­— simuleren je hersenen het proces dat zich in het hoofd van de speler afspeelt. Hierdoor kan je beter worden in het spelen van een game en de vaardigheden die ermee samenhangen, louter door naar iemand te kijken die speelt. Maar het gaat nog verder: door te kijken naar iemands gezicht terwijl die aan het spelen is, zullen ook ademhaling en hartslag in lijn van elkaar komen te liggen. Hierdoor ontstaat een soort emotionele connectie, wat een verklaring kan zijn voor de schare dolle fans van populaire streamers. In de komende tien jaar zal er geprobeerd worden om die emotionele betrokkenheid door te trekken naar andere sectoren, zoals het op afstand praten met een dokter of het hechter maken van geografisch verspreide teams.

Daar is ongetwijfeld een rol weggelegd voor artificiële intelligentie. Wordt dat in de nabije toekomst de belangrijkste technologische innovatie?

Zeker. Artificiële intelligentie wordt voor alle producten, diensten en ervaringen even alomtegenwoordig als het internet vandaag. Het internet heeft alles min of meer met elkaar verbonden en in de toekomst zullen smart data en algoritmes onze ervaringen en beslissingen, zowel degene die we maken als degene die over ons gemaakt worden, verfijnen. En ook hier liggen er mogelijkheden voor gamers.

Eén van de sleutelvaardigheden tot het goed worden in een game is het begrijpen van de onderliggende regels en algoritmes die je succes bepalen.

Als artificiële intelligentie in ons leven meer en meer zal gebruikt worden om voor ons of over ons te beslissen, is het belangrijk om de logica erachter te vatten. Uit een onderzoek naar het ‘social credit system’ in China (een overheidsexperiment waarbij inwoners op basis van verschillende factoren een score krijgen die samenhangt met bepaalde voordelen en rechten) is gebleken dat het verschil tussen een systeem dat het leven van de mensen verbetert en een systeem dat angst, frustratie en paranoia in de hand werkt, transparantie is. Artificiële intelligentie moet transparant zijn.

Vandaar ook het belang van ethicalOS, een gids die je hebt helpen ontwikkelen om technologiebedrijven attent te maken op de toekomstige impact van hun uitvinding. Is het cynisch om te denken dat sommige bedrijven lak hebben aan ethiek?

Ik denk niet dat het mogelijk is om een duurzame onderneming op te richten wanneer je tegelijkertijd de menselijkheid uit het oog verliest. Als je kijkt naar wat er op één dag met de beurskoers van Facebook kan gebeuren, denk ik niet dat cynisme zal winnen. Investeringsmaatschappijen kijken ook meer naar hoeveel een start-up rekening houdt met de gevolgen van de sociale impact die ze eventueel teweegbrengen. Bottom line: je kan als bedrijf onmogelijk de wereld vernietigen en op lange termijn winstgevend zijn. Hopen we.

Dat klinkt als een goede conclusie voor je talk op SuperNova.

Ik hou het in het achterhoofd (lacht).